Opleiding en onderwijs

Algemene conclusies over indicator-waarde

In 2017 is het percentage HBO- en WO-opgeleiden onder de 30-34 jarigen 45,5%. In 2000 bedroeg dat percentage nog 20,2%. Noord-Brabant neemt hiermee op nationaal niveau een zevende plaats in. In vergelijking met concurrerende Europese regio’s scoort Brabant rond het gemiddelde.

Waarde op de indicator

Prestatie

In 2017 heeft 45,5% van de mensen tussen 30-34 jaar in Noord-Brabant een hogere beroeps- of wetenschappelijke opleiding afgerond (HBO of WO). In 2000 bedroeg dat percentage nog 20,2%. De groei tussen 2000-2017 was maar liefst 125%.

Het aandeel lager opgeleiden in Noord-Brabant in diezelfde leeftijdscategorie daalde van 26,9% in 2000 naar 15,3% in 2017. Ook het aandeel middelbaar opgeleiden daalde; van 52,9% in 2000 naar 39,3% in 2017.

Utrecht staat met 60,1% hoger opgeleiden (in de leeftijdscategorie 30-34 jaar) aan kop in de provinciale ranglijst, Noord-Brabant komt met 45,5% op een zevende plaats. In Nederland rondde gemiddeld 47,3% een hogere opleiding af.

Noord-Brabant scoort een vijfde plek in een Europese ranglijst met 10 concurrerende regio’s. Londen voert de lijst aan met 66,0%, gevolgd door Parijs met 59,5%. Opvallend genoeg scoren de Duitse regio’s die veel aan R&D doen op deze indicator – op Oberbayern na – juist minder dan Noord-Brabant.

Relevantie

In een economie waar kennis en innovatie een steeds meer drijvende en bepalende rol spelen, wordt het opleidingsniveau steeds belangrijker.

Statistieken richten zich op de leeftijdscategorie 30-34 jaar, aansluitend bij nationale en internationale beleidsontwikkeling. Beperking tot deze leeftijdsgroep laat de resultaten van inspanningen op relatief korte termijn zien. Het is een interessante categorie, want deze mensen zijn klaar met de initiële opleiding, maar hebben hun carrière nog grotendeels voor zich.